Beroepen in de klas

Waarom zou je aandacht aan verschillende beroepen besteden? Is dat niet meer iets voor de bovenbouw van de middelbare school? Juist niet!

Uit onderzoek blijkt dat kinderen die op jonge leeftijd al in aanraking komen met verschillende beroepen en sectoren, op latere leeftijd vaak beter in staat zijn een bewuste studie- en loopbaankeuze te maken. (bron ‘Beroepsoriëntatie op de basisschool’- Jet-Net & Technet). Je kunt er niet vroeg genoeg mee beginnen.

Een waardevolle bron van ervaringsverhalen en expertise zijn natuurlijk de ouders van je leerlingen! Scholen hebben veel expertise in huis met hun ouders waar zij meer gebruik van kunnen maken. Ouders zijn daartoe graag bereid, aldus onderzoek van Ouders & Onderwijs.

Samen in de klas

Samen in de klas stimuleert samenwerking tussen school en ouders door ontwerplessen aan te bieden die leerkracht en een ouder (of grootouder, ander familielid, buur of andere externe) écht samen kunnen geven. De ouder als ervaringsdeskundige op het onderwerp en de leerkracht als expert op klassenmanagement en didactiek.

Door ouders in te zetten als experts in de klas, haal je de echte (beroepen)wereld de klas in. De vragen in de ontwerplessen krijgen betekenis en kinderen raken nog meer betrokken bij de beroepen en onderwerpen die in de klas aan bod komen. Voor leerkrachten geeft het vertrouwen dat er een deskundige op het onderwerp in de klas is en natuurlijk kun je een extra paar handen vaak goed gebruiken. Ouders vinden het heel prettig om op hun expertise gevraagd te worden. Ook is het fijn dat de leerkracht verantwoordelijk blijft voor het klassenmanagement en de didactiek. Tenslotte krijgen de ouders een waardevol inkijkje in de klas en vaak meer respect voor de leerkracht!

Enthousiast? In ons lessenoverzicht bij ‘Ready-to-go’ kun je aan de linkerzijde van de pagina een vinkje zetten bij ‘met ouder/externe’ om zo alle lessen te zien die je goed samen met een ouder kunt geven. Natuurlijk kun je ook alle andere lessen samen met een ouder geven, alleen is het dan handig om samen even af te stemmen wie wat doet. 

Inspiratieverhalen over ouders in de klas vind je onder andere in deze blogs:

Beroepen en boeken

In de Kinderboekenweek van 2021 ‘Worden wat je wil’ staan beroepen centraal. Een mooie gelegenheid om ouders de klas in te vragen, bijvoorbeeld via een Samen in de klas les. Ook boeken kunnen een mooie ingang bieden om in een beroep te duiken én om te gaan ontwerpen.

Door zich in te leven in de personages uit het boek, voelen kinderen zich meer betrokken en groeit hun plezier in lezen. Het aardige is dat lezen en ontwerpen elkaar versterken. Door te lezen ontwikkel je je creativiteit en probleemoplossend vermogen. Ook kun je meer te weten komen over andermans gevoelens en gedachten, en dat is belangrijk voor de ontwikkeling van empathie. Én voor het vergoten van je kennis over de wereld, bijvoorbeeld over beroepen! Door op deze manier iemand uit een boek te helpen met zelfbedachte oplossingen, voelen kinderen zich meer betrokken en groeit hun plezier in lezen én ontwerpen. Zo worden kinderen gemotiveerde lezers, creatieve denkers en probleemoplossers.

Wil je ook aan de slag met boeken, beroepen en ontwerpen? Download hier ons inspiratievel vol ontwerpvragen bij thematitels van de Kinderboekenweek 2021. Ook bruikbaar als je het op een ander moment over beroepen hebt!

Meer weten over lezen en ontwerpen en hoe je je eigen ontwerpvragen bij boeken kunt maken? Dat lees je in dit artikel.

Ontwerpen en lezen

Hoe kun je zorgen dat kinderen meer plezier krijgen in lezen? Ga aan de slag met ontwerpen in de Kinderboekenweek en ontdek hoe ontwerpen een positief effect heeft op leesbevordering. 

Leesbevordering begint met motivatie. Als je gemotiveerd bent om te lezen, lees je vaker, waardoor je leesvaardigheid groeit, wat weer voor meer motivatie zorgt. Leesmotivatie, leesfrequentie en leesvaardigheid hangen dus nauw met elkaar samen. 

Het Kohnstamm Instituut en de Kennisrotonde hebben onderzoek gedaan naar effectieve manieren voor leesbevordering. Naast het creëren van de juiste voorwaarden, zoals gelegenheid bieden in het curriculum en zorgen voor een actueel en breed boekenaanbod, wordt aanbevolen om in te zetten op het verhogen van de intrinsieke motivatie. 

  • Sluit aan bij de belangstelling van een kind.
  • Geef kinderen vrije keuze en autonomie. Laat ze kiezen wát ze willen lezen en met wie.
  • Zorg dat kinderen lezen nodig hebben. Onderzoek wijst uit dat als je teksten nodig hebt in meer-omvattende opdrachten, zoals bij ontwerpend leren, dat dit een positief effect heeft op de leesbevordering.

Lezen en ontwerpen is misschien een combinatie waar je niet zo snel aan denkt. Het blijkt een gouden combinatie. Boeken staan vaak bol van de problemen, want dat maakt een boek immers spannend! Kinderen staan vaak te springen om iemand te helpen en problemen op te lossen. Door iemand uit een boek te helpen met zelfbedachte oplossingen, voelen kinderen zich meer betrokken en groeit hun plezier in lezen én ontwerpen. Zo worden kinderen gemotiveerde lezers, creatieve denkers en probleemoplossers. 

Ontwerpen in de kinderboekenweek

Elk jaar ontwikkelt Ontwerpen in de klas ontwerpboxen bij thematitels van de kinderboekenweek. Omdat het zo’n geweldige combinatie is. Wat zit daar in?

  • superleuke ontwerpactiviteiten passend bij een boek
  • voldoende materialen voor 32 kinderen
  • alles wat je nodig hebt om direct aan de slag te gaan

Houd onze nieuwsbrief, facebook, linkedin of instagram in de gaten voor nieuws over de ontwerpboxen!

Eigen ontwerpvragen bij boeken

Zelf kun je ook ontwerpvragen bedenken bij boeken. Lees een boek en ga op zoek naar een personage met een probleem. Maak vervolgens van dit probleem een ontwerpvraag. Vanuit een probleem kun je namelijk niet zo makkelijk in oplossingen denken, vanuit een vraag lukt dit vaak wel. Bedenk een aantal verschillende ontwerpvragen, zodat je wat te kiezen hebt. Handige starters voor ontwerpvragen:

  • Hoe kun je … ?
  • Hoe kan (vul het personage met het probleem in) … ?
  • Ontwerp iets dat …

Maak een keuze uit de ontwerpvragen. Het helpt om de ontwerpvragen te ‘scoren’ op onderstaande criteria:

  • Is de vraag open en stuurt deze niet in een richting?
  • Zijn er veel verschillende oplossingen mogelijk?
  • Is het een leuke vraag die kinderen aanspreekt?

Ga met de gekozen ontwerpvraag aan de slag. Laat de kinderen veel verschillende oplossingen verzinnen. Je kunt inspiratiekaarten gebruiken om ze te ondersteunen bij het verzinnen. Geef de kinderen waar mogelijk gelegenheid om de oplossingen te tekenen met tekenmateriaal, te maken met knutselmateriaal of te bouwen met constructiemateriaal.

Deel ideeën

Ontdek alles over de ontwerpvaardigheid: deel ideeën. Eén van de zeven belangrijke vaardigheden die je ontwikkelt als je ontwerpt.

WAT BETEKENT IDEEËN DELEN?
Ideeën delen betekent dat je jouw ideeën met anderen deelt. Zo kunnen anderen feedback geven op je ideeën. Ze mogen verder werken aan jouw idee, het veranderen of erop doordenken. Andersom sta jij open voor ideeën van anderen. Je probeert ze goed te begrijpen, hebt oog voor de sterke kanten en  kunt eraan verder werken. Je bedenkt nieuwe ideeën gebaseerd op een idee van iemand anders. Zo worden ideeën gemixt, gehusseld, verspreid en verbeterd. Wil je kinderen uitleggen wat deze ontwerpvaardigheid inhoudt? Download hier een beschrijving van ‘deel ideeën’ speciaal geschikt voor kinderen.

WAAROM IDEEËN DELEN?
Bij ontwerpen is het belangrijk om je ideeën los te kunnen laten, zodat anderen ze gebruiken en erop doorgaan. Zélf werk je ook door aan ideeën van anderen. Ideeën deel je zoveel mogelijk. Binnen je ontwerpteam én erbuiten. Je vraagt feedback en gebruikt deze om ideeën nóg beter te maken. Door samen aan ideeën te werken worden ze beter. Samen denk je meer verschillende kanten op en hou je meer rekening met verschillende gebruikers. Daarbij heb je samen meer kennis en vaardigheden dan alleen. Voor veel kinderen (en volwassenen) is dit best een stapje buiten de comfortzone. Gelukkig kun je het goed oefenen en wordt ideeën delen veel makkelijker en leuker als je het vaak doet en de voordelen gaat zien. 

Ontwerpteams met veel diversiteit bedenken betere oplossingen. Zo’n team heeft meer verschillende vaardigheden in huis, kan met meer verschillende invalshoeken rekening houden en meer verschillende kanten op denken. 

Doe de volgende oefening. Laat elk kind een aantal sterke punten en een aantal leerpunten van zichzelf opschrijven. Geef de kinderen vervolgens de opdracht om teams van vier kinderen samen te stellen, waarbij de kinderen in elk team elkaar zo goed mogelijk aanvullen. Laat de kinderen proberen om anderen te zoeken die hen aanvullen. Vinden ze iemand die goed is in een leerpunt dat zij hebben? Kunnen zij een sterk punt inzetten bij een leerpunt van een ander? Bespreek met elkaar na welke teams er gemaakt zijn. Zijn dit teams die normaal ook gevormd zouden worden? Wat zijn de voordelen van deze teams? Waar moet je extra op letten in dit team? Wie weet kunnen jullie in de volgende ontwerples in deze teams werken!

WAT HELPT OM IDEEËN TE DELEN?

  1. Ideeën zijn van iedereen. Een idee bedenken op basis van een idee van een ander is bij ontwerpen dus prima. Het is geen jatten. Als je ideeën gaat verzinnen kun je dit extra stimuleren door gebruik te maken van werkvormen zoals Vakjesvel, Doorgeefmindmap en Mix & Match. Hierin zit het doorgaan op ideeën van anderen ingebakken.
  2. Geef complimenten aan elkaar. Vooral complimenten over de ideeën die iedereen bedenkt. Dat helpt je om open te staan voor ideeën van anderen en zorgt voor een fijne, positieve sfeer tijdens het ideeën bedenken.
  3. Verdeel rollen. Geef de kinderen in een ontwerpteam een eigen rol tijdens het ideeën verzinnen of uitwerken. De één gaat ideeën van anderen gebruiken, een anderen gaat complimenten aan anderen geven. Dat helpt voor alle kanten op denken en ideeën delen.
  4. Doe samenwerk-energizers. Dat vergroot het onderling vertrouwen en zorgt dat kinderen meer openstaan voor elkaar. Zet ze voorafgaand aan het ideeën verzinnen of als afwisseling tijdens het ontwerpproces in. Bijvoorbeeld Gordiaanse knoop. In deze blog worden er nog twee beschreven: Op een lijn en Stap naar voren.
  5. Deel tussenresultaten. Zo kun je inspiratie vinden bij elkaar. Het helpt ook om te zien dat ideeën nog niet perfect uitgewerkt hoeven te zijn om te kunnen delen. Handige werkvormen om tussenresultaten te delen zijn Teamuitwisseling en Teams op tournee. Ook handig voor het geven en ontvangen van tips en tops.
  6. Zet coöperatieve werkvormen in. Hierin werk je aan een gezamenlijk resultaat of antwoord waar je allemaal aan bijdraagt. Dan moet je je ideeën wel delen! Gebruik bijvoorbeeld Wandel en wissel uit, Placemat of Expertteams.

HOE OEFEN JE IDEEËN DELEN?

  • Oefen met ideeën loslaten. Kinderen zitten in teams van 3-5 kinderen aan een tafel. Elk kind begint op een groot vel papier een verhaal, een tekening of een mindmap. Dat kan allemaal over hetzelfde onderwerp gaan, maar dat hoeft niet. Na enige tijd schuift iedereen zijn vel door naar links en gaat elk kind door met het verhaal, de tekening of de mindmap van zijn buur. Dit herhaal je tot elk kind zijn eigen vel weer voor zich heeft.
  • Oefen met ideeën van anderen begrijpen en waarderen. Vorm tweetallen en laat het ene kind in elk tweetal zijn idee (of werk, verhaal, mening) vertellen aan het andere kind. De ander kan vragen stellen. Daarna wissel je de rollen om. Vraag vervolgens een aantal kinderen om het idee van de ander aan de klas te vertellen. Laat ze echt hun best doen om het idee van de ander te ‘verkopen’ en te vertellen wat er zo goed aan is.
  • Oefen met ideeën van anderen gebruiken. Gebruik een eigen ontwerpvraag of kies één van de volgende: Hoe kun je meer bewegen op school? Hoe kun je thuis meer lezen? Hoe kun je zichtbaar zijn in het verkeer? Maak ontwerpteams van 3 tot 5 kinderen. Alle kinderen krijgen 3 vellen papier. Laat elk kind twee ideeën verzinnen: één idee op één vel papier. Dan geeft iedereen één idee door naar links en één idee naar rechts. Elk kind gaat nu de twee ideeën, die ze hebben gekregen, combineren tot een nieuw idee. Dat nieuwe idee – met elementen van beide ideeën – tekenen en schrijven ze op het derde lege vel papier. Vraag tot slot of de kinderen om de beurt hun gecombineerde idee aan de rest van hun team uitleggen.  

MEER ONTWERPVAARDIGHEDEN?

Nozie de Nieuwsgierige. Wil je dat jouw leerlingen de ontwerpvaardigheden zelfstandig oefenen? Wil je dit integreren in je lessen? Gebruik dan Nozie de Nieuwsgierige: met de veertig Nozie-kaarten kunnen leerlingen zelf hun nieuwsgierigheid, creativiteit en ontwerpvaardigheden ontwikkelen. Bestel Nozie!

Formatief evalueren. Bestel hier de kaartenset Ontwerpen in Beeld met zeven oefenkaarten van de ontwerpvaardigheden in eenvoudige taal voor de leerlingen én werkvormen om de ontwerpvaardigheden formatief te evalueren.

Goede start nieuw schooljaar

Weer naar school! Ontdek onze handige tips om te oefenen met samenwerken, inleven en creativiteit.

Coöperatieve spellen

In de eerste weken wil je extra veel aandacht besteden aan het creëren van een goede sfeer en een veilig klimaat. Met coöperatieve spellen waarbij kinderen op elkaar aangewezen zijn om de opdracht te laten lukken werk je daar aan! Hieronder staan drie spellen die je met de hele klas kunt doen. Ook geschikt als energizers.

1 Gordiaanse knoop

Kom samen uit de knoop.

2 Op een lijn

Laat de kinderen op een rij gaan staan. Zodra iedereen weet op welke manier de rij gevormd moet worden, mag er niet meer gepraat worden! Iedereen is dan stil. Kies één manier uit de volgende opties of bedenk zelf wat!

  • Van klein naar groot
  • Alfabetische volgorde van jullie voornamen
  • Op leeftijd
  • Alfabetische volgorde van jullie achternamen
  • Op schoenmaat (van klein naar groot)
  • Op huisnummer
  • Alfabetische volgorde van de naam van je moeder
  • Vanaf januari gerekend wie er het eerst jarig is tot wie er het laatst jarig is

3 Naar voren stappen

Laat de kinderen op een rij staan met het gezicht naar dezelfde kant. Ze moeten allemaal een stap naar voren doen om deze opdracht te laten lukken, maar er mag altijd maar één kind tegelijk naar voren stappen. Als toch meerdere kinderen tegelijk stappen, moet iedereen weer terug op de lijn gaan staan. De kinderen mogen niet praten of een teken geven en ze mogen alleen naar voren kijken. Lukt het? Probeer het dan eens met ogen dicht! 

Voor meer groepsvormende activiteiten kun je hier kijken: https://www.onderwijsmaakjesamen.nl/actueel/gratis-download-groepsvorming-activiteiten/

Leer elkaar beter kennen

Misschien zijn er nieuwe groepen gevormd dit jaar, nieuwe kinderen in de klas. Misschien is de klas hetzelfde als volgend jaar. Maar elkaar beter leren kennen is altijd fijn!

Dat past mooi bij de ontwerpvaardigheid ‘Leef je in’. Veel tips uit deze blog zijn dan ook nu goed bruikbaar. Laat kinderen elkaar interviewen of observeren. Of laat ze samen brainstormen om problemen op te lossen met de Help, een probleem! kaarten.

Ontwerplessen

Op ontwerpenindeklas.nl staan ook hele toepasselijke lessen om in deze periode te doen:

Vrienden maken. Voor groep 1 tot en met 8: Hoe kun je nieuwe vrienden maken?
Samen spelen. Voor groep 1 tot en met groep 4. Met behulp van rollenspel verzinnen kinderen oplossingen om samen te spelen als je van elkaar verschilt.
groepjes maken Groepjes maken. Voor groep 4 tot en met 8: Hoe kun je groepjes maken waar iedereen blij mee is?

Een fijne start van het schooljaar gewenst!

En voor straks alvast: de Kinderboekenweek! Als je creatieve ontwerpopdrachten zoekt en niet te veel tijd kwijt wilt zijn met de voorbereiding, kun je één van onze ontwerpboxen bestellen!

 

Breng ideeën tot leven

Ontdek alles over de ontwerpvaardigheid: breng ideeën tot leven. Eén van de zeven belangrijke vaardigheden die je ontwikkelt als je ontwerpt.

WAT BETEKENT IDEEËN TOT LEVEN BRENGEN?
Bij ontwerpen ga je van een idee in je hoofd naar een echte verandering in de wereld. Tijdens het ontwerpen breng je je ideeën daarom steeds een stapje meer naar de werkelijkheid. Je maakt ze steeds echter, je brengt ze tot leven. Dat kan op veel manieren: Door te tekenen, schrijven, rekenen, vertellen, maken, op de computer, met toneel, schema’s, film en nog veel meer. Je hoeft niet supermooi te kunnen tekenen of de sterren van de hemel te kunnen acteren. Je kunt alle manieren gebruiken, want het gaat erom dat het duidelijk wordt voor jezelf en anderen. Wil je kinderen uitleggen wat deze ontwerpvaardigheid inhoudt? Download hier een beschrijving van ‘breng ideeën tot leven’ speciaal geschikt voor kinderen.

WAAROM IDEEËN TOT LEVEN BRENGEN?
Ideeën in je hoofd zijn vaak nog niet helemaal uitgedacht. Ook is het lastig om ideeën goed te vergelijken en te beoordelen als ze in je hoofd zitten. Als je ideeën uit je hoofd haalt en tot leven brengt, dwing je jezelf om ze concreter te maken. Zo zijn ze duidelijker voor jezelf en voor anderen. Daarnaast zijn ze beter te beoordelen en te vergelijken. 

Tekenen is een makkelijke en snelle manier om ideeën tot leven te brengen. Een tekening zorgt ervoor dat een idee meteen duidelijk is en aanspreekt. Om kinderen te helpen met snel en duidelijk tekenen (mooi en gedetailleerd is niet nodig) en om ze over eventuele drempels (“ik kan niet tekenen”) te helpen, kun je de volgende oefening doen. 

Laat elk kind een vouwblaadje in vieren vouwen. Noem een categorie, bijvoorbeeld dieren, zee, middeleeuwen of sport. Elk kind schrijft met een stift boven het eerste vakje een woord dat bij de genoemde categorie past. Herhaal dit twee keer met een andere categorie. Bij het laatste vakje mogen kinderen opschrijven wat ze zelf willen. Vraag de kinderen om hun blaadje door te geven aan de linkerbuur. Iedereen maakt nu bij één van de woorden op het blaadje een tekening en geeft het daarna weer door aan de linkerbuur. Hou de vaart erin. Het hoeft niet mooi, als het maar duidelijk is! Dit herhaal je tot de blaadjes vol zijn. Je kunt de blaadjes nu weer teruggeven aan de oorspronkelijke schrijver.

WAT HELPT OM IDEEËN TOT LEVEN TE BRENGEN?

  1. Gebruik ideeënstarters bij het verzinnen van ideeën. Een ideeënstarter is een tekening van het probleem. Dit maakt én het probleem concreet én het stimuleert kinderen om te tekenen.
  2. Laat ideeën maken of uitbeelden. Gebruik daarvoor de werkvorm Verzinnen door maken. Een voorbeeld van ideeën uitbeelden vind je in de les Samen spelen
  3. Geef zelf het goede voorbeeld en breng het proces in beeld. Maak een ontwerpmuur. Toon processtappen, tussenresultaten en ontwerpvaardigheden. Gebruik werkvormen die ideeën tot leven brengen, zodat je genoeg hebt om op te hangen. Laat kinderen meehelpen met vullen. 
  4. Stel vragen om kinderen te stimuleren hun idee verder uit te werken. Gebruik bijvoorbeeld deze lijst met uitwerkvragen. Uitgebreidere vragen vind je op de uitwerkkaarten.
  5. Alle beetjes helpen. Je hoeft niet meteen een volledig werkend prototype te maken. Denk goed na wat nodig is om een idee te testen. Misschien kun je beter één onderdeel maken of de grootte uitrekenen dan een prototype maken. Kijk bij de werkvormen Maak om kenmerk te testen en Snelle prototypes.
  6. Leer kinderen handige vaardigheden aan en oefen deze. Denk aan stevig bouwen met papier, een stop-motionfilm maken of een goede slogan bedenken.
  7. Varieer met manieren om ideeën tot leven te brengen. Denk aan een strip/storyboard, tekening, schema, grafiek, maquette, prototype, poster, pitch, toneelstuk, filmpje of een digitaal 3D model. Zo oefenen kinderen verschillende manieren om ideeën tot leven te brengen, leren ze wanneer je welke manier handig kunt inzetten en ontdekken ze welke manieren ze zelf fijn vinden.

HOE OEFEN JE IDEEËN TOT LEVEN BRENGEN?

  • Oefen met ideeën laten zien Geef elk kind een vel papier en een stift. Gebruik deze instructie met basisvormen. Introduceer via de eerste slide de basisvormen. Laat de kinderen deze basisvormen op hun vel papier tekenen.Laat zien hoe van de basisvormen een poppetje en een smiley zijn getekend. Vraag de kinderen bij de tweede slide welke basisvormen ze herkennen. Bij de derde slide tekenen de kinderen drie cirkels en lijnen op hun vel papier. Wat kunnen ze ervan maken? Denk aan een lolly, een boom, een bloem, een verkeersbord, een poppetje, enzovoort. Teken zelf op het digibord ook drie verschillende dingen van de cirkels met lijnen. Vraag kort aan de kinderen om een aantal voorbeelden te delen. Laat kinderen bij de vierde slide de tekenopdrachten maken op hun vel papier. Laat de kinderen hun vel papier met een andere leerling uitwisselen. Kunnen ze van elkaar raden wat het is?
  • Oefen met ideeën uitwerken Laat kinderen tweetallen vormen. Elk tweetal kiest een bestaand product. NB Allemaal aan hetzelfde product werken kan ook. En een idee uit een ontwerpproces gebruiken ook. Elk tweetal krijgt één uitwerkkaart. Ze gaan samen dit aspect zo goed mogelijk uitwerken. De vragen op de kaart helpen daarbij. Soms zijn niet alle vragen van toepassing. Als de hele kaart niet van toepassing is, kan het tweetal een nieuwe kaart halen. Laat de tweetallen hun uitwerking met een ander tweetal delen of bespreek het klassikaal na. Dit helpt kinderen om te begrijpen waar ze allemaal aan kunnen denken bij het uitwerken van een idee.
  • Oefen met verschillende manieren Geef elk kind een bingokaart. Bekijk de kaart samen. Is er nog iets dat ze missen? Dat kunnen ze toevoegen in het lege vakje. Laat de kinderen afstrepen wat ze al eens gebruikt hebben bij het presenteren van een idee of project. Daarna kunnen ze iets omcirkelen dat ze graag zouden willen doen. Misschien kunnen ze dat volgende keer inzetten.  

MEER ONTWERPVAARDIGHEDEN?

Nozie de Nieuwsgierige. Wil je dat jouw leerlingen de ontwerpvaardigheden zelfstandig oefenen? Wil je dit integreren in je lessen? Gebruik dan Nozie de Nieuwsgierige: met de veertig Nozie-kaarten kunnen leerlingen zelf hun nieuwsgierigheid, creativiteit en ontwerpvaardigheden ontwikkelen. Bestel Nozie!

Formatief evalueren. Bestel hier de kaartenset Ontwerpen in Beeld met zeven oefenkaarten van de ontwerpvaardigheden in eenvoudige taal voor de leerlingen én werkvormen om de ontwerpvaardigheden formatief te evalueren.

Leef je in

Ontdek alles over de ontwerpvaardigheid: leef je in. Eén van de zeven belangrijke vaardigheden die je ontwikkelt als je ontwerpt.

WAT BETEKENT INLEVEN?
Bij ontwerpen is het belangrijk om jezelf te verplaatsen in anderen. Je noemt dit ook wel empathie. Je probeert er achter te komen hoe anderen de wereld zien, hoe ze zich voelen, hoe ze iets zouden doen. Je probeert ze te begrijpen. Daar kun je veel van leren. Het helpt je om wensen van anderen en problemen waar ze tegenaan lopen te ontdekken. Zo kun je oplossingen bedenken die voor veel verschillende mensen goed te gebruiken zijn. Wil je kinderen uitleggen wat deze ontwerpvaardigheid inhoudt? Download hier een beschrijving van ‘leef je in’ speciaal geschikt voor kinderen.

WAAROM INLEVEN?
Mensen zijn geneigd om vanuit zichzelf te denken. Maar ideeën die voor jezelf precies goed zijn, werken niet altijd goed voor anderen. Als je ontwerpt, wil je ideeën bedenken die goed werken voor de mensen die het probleem hebben. Dat noem je de doelgroep. En dus niet alleen ideeën die goed voor jezelf werken!

Doe de volgende oefening. Laat iedereen zijn ideale speelgoed tekenen of beschrijven. Laat kinderen dit eerst in tweetallen en daarna in viertallen met elkaar delen. Bespreek na met de hele groep hoeveel verschillen er waren. In deze groep is iedereen (waarschijnlijk) van ongeveer dezelfde leeftijd en iedereen komt ook uit hetzelfde deel van Nederland. Stel dat we ook mensen met andere leeftijden en uit andere landen deze vraag hadden gesteld? Als je een speelgoedfabrikant zou zijn en zoveel mogelijk speelgoed zou willen verkopen, wat zou je dan moeten doen? 

WAT HELPT OM IN TE LEVEN?

  1. Bouw en speel het probleem na. In het klein met speelgoedfiguren of in het groot zodat je het zelf kunt naspelen. Zo krijg je meer inzicht in het probleem. Wil je dit met een abstracter probleem doen? In dit handboek van WAAG society staat Tool 10 Probleem in kaart brengen, gebaseerd op onze werkvorm, waarmee dit kan.
  2. Gebruik (prenten)boeken. Boeken helpen je om je in iemand anders te verplaatsen. Ook staan boeken vol met wensen en problemen van de personages. Kinderen zijn vaak enorm gemotiveerd om de hoofdpersonen te helpen met het oplossen van hun probleem!
  3. Verdiep je in anderen door een interview. Ga in gesprek met mensen die met het probleem te maken hebben. 
  4. Ervaar zelf hoe het is om iemand anders te zijn. Schrijf bijvoorbeeld je naam zonder je handen te gebruiken. Dit oefen je ook in de les Inleven Reuma. Bekijk het bijbehorende filmpje.
  5. Werk met persona’s tijdens het ontwerpen. Een persona is een verzonnen persoon die symbool staat voor een bepaalde groep mensen die met het probleem te maken hebben. Persona´s helpen om met de verschillende mensen rekening te houden.
  6. Test hoe anderen iets aanpakken met een gebruiksonderzoek. Je laat anderen een product of je idee testen. Daar komen altijd interessante ontdekkingen uit voort die je helpen om je idee te verbeteren. Je kunt een gebruiksonderzoek tijdens het probeem verkennen inzetten, zoals in de les Consumententest, maar ook later in het proces, zoals in de les Spelontwerp – Tafels leren

HOE OEFEN JE INLEVEN?

  • Oefen met je in anderen verplaatsen Print deze Help-een-probleem! kaarten en snijd ze los. Geef elk kind een kaart. Laat iedereen rondlopen. Als twee kinderen elkaar tegenkomen, geven ze een high five en laten ze elkaar hun kaart zien. Ze bespreken hoe het voor diegenen op de kaartjes is om het probleem te hebben. Daarna bedenken beide kinderen voor de kaart van de ander twee oplossingen. De twee leerlingen wisselen hun kaarten en lopen verder op zoek naar een nieuwe high five.
  • Oefen met observeren Laat de kinderen een vel papier in drie kolommen verdelen: wat, hoe en waarom. Laat de kinderen ergens gaan zitten waar ze iemand anders kunnen observeren. Alles wat diegene doet, schrijven ze in de ‘wat’-kolom. Hoe iemand de handeling uitvoert, komt in de ‘hoe’-kolom. Denk aan blij, verveeld, moeizaam,  snel. In de ‘waarom’-kolom komt de reden van de handeling. Natuurlijk kunnen de kinderen dit niet zeker weten, ze gaan dit zo goed mogelijk proberen te raden.
  • Oefen met anderen laten meedenken Maak teams van vier kinderen. Alle kinderen binnen een team vertellen aan elkaar hoe ze het liefst spelen. Vervolgens gaat elk kind speelgoed ontwerpen dat door álle andere kinderen in de groep leuk gevonden wordt. Tenslotte presenteren de kinderen binnen een team de ontwerpen aan elkaar en geven ze feedback. Is het goed gelukt om te luisteren en met de wensen van anderen rekening te houden?   

MEER ONTWERPVAARDIGHEDEN?

Nozie de Nieuwsgierige. Wil je dat jouw leerlingen de ontwerpvaardigheden zelfstandig oefenen? Wil je dit integreren in je lessen? Gebruik dan Nozie de Nieuwsgierige: met de veertig Nozie-kaarten kunnen leerlingen zelf hun nieuwsgierigheid, creativiteit en ontwerpvaardigheden ontwikkelen. Bestel Nozie!

Formatief evalueren. Bestel hier de kaartenset Ontwerpen in Beeld met zeven oefenkaarten van de ontwerpvaardigheden in eenvoudige taal voor de leerlingen én werkvormen om de ontwerpvaardigheden formatief te evalueren.

Mystery bags thuis

Een geheimzinnig zakje of bakje. En een creatieve opdracht. Daar willen kinderen meteen mee aan de slag!

Wil je ook zo’n leuke opdracht voor thuis maken? Print opdrachten. Knip de opdrachten los, doe ze in een pot en laat grabbelen. Of speel als bingo, hoeveel vakjes kleuren jullie vol?

Loop een rondje door je huis en verzamel materialen. Bijvoorbeeld knutselmaterialen:

  • Papier, karton of vouwblaadjes
  • Pijpenragers of ijslollystokjes
  • Elastiekjes, paperclips of lintjes

Kijk ook eens in de keuken:

  • Satéprikkers, cocktailprikkers of rietjes
  • Cupcakevormpjes, papieren borden, bekers of kommen
  • Aluminiumfolie
  • Wasknijpers

Recycle materiaal

  • Lege verpakkingen of flessen
  • WC-rollen
  • Kroonkurken, doppen

Speelgoed

  • Lego, blokken, Kapla, knikkers of pingpongballen

Doe de materialen in een bakje of een zakje. Schilderstape kan handig zijn om erbij te geven, maar hoeft niet. Een schaar en gewoon plakband geef je er natuurlijk alleen bij als dat met alle materialen gebruikt kan worden.

Heel veel plezier!

Mee aan de slag in de klas? Of op zoek naar nog meer ideeën? Kijk dan hier.

Thuis ontwerpen

Zoek je creatieve activiteiten om met je kinderen thuis te doen? Of wil je de kinderen uit je klas een ontwerpopdracht geven die ze zelfstandig (thuis) kunnen uitvoeren? Hier verzamelen we de handigste opties! We vullen dit regelmatig aan.

Aangepast voor thuis

  • Help jij Rikki? Voor kinderen van vanaf 3 jaar. Rikki wil over de muur, kun jij helpen? Bouw (samen) een muur en laat je kind oplossingen verzinnen en maken.
  • Help jij Pandora? Voor kinderen vanaf 8 jaar. Hoe kun je erachter komen wat in de doos zit zonder deze open te maken? Print uit en laat je kind verzinnen en tekenen.
  • Samen anders Voor kinderen vanaf 8 jaar. Hoe kun je mensen ontmoeten en beter leren kennen? In coronatijd?
  • Mystery bags! Voor kinderen van 3 tot ouder dan 15 jaar. Een verrassingszakje of bakje met materialen en ontwerpen maar! Een handige uitleg met regelmatig nieuwe opdrachten vind je in deze blog.

Verzinnen door maken

Verzamel knutsel- en kosteloos materiaal, zoals papier, karton, lege verpakkingen, paperclips, satéprikkers, rietjes, elastieken, stof, knopen enzovoort. Zorg voor een schaar en (schilders)tape. Kies hieronder een opdracht uit en laat je kind oplossingen maken met het materiaal.

Meer tips

Hoe kun je – op afstand – toch samen iets gezelligs doen? 

Ontwerp een (verjaardags)taart. Voor jezelf, je familie of een vriend. Of voor iemand die het nu verdient. Iemand die nu extra hard werkt of wel een steuntje in de rug kan gebruiken.

Volg ons op Instagram, Facebook of LinkedIn om regelmatig nieuwe tips te ontvangen! 

Elkaar aanvullen

‘Samen in de klas’ stimuleert leerkrachten en ouders om samen les te geven vanuit hun eigen expertise. De lessen zijn eenvoudig online te vinden op www.samenindeklas.nl, zeer waardevol voor de leerlingen en vooral heel erg leuk om te doen.

Tingue Klapwijk is leerkracht op OBS Valkenbos in Den Haag, de school waar het project officieel is gestart. Ze vertelt graag over haar ervaringen met ‘Samen in de klas’. Tingue Klapwijk: “Ik ben leerkracht in de bovenbouw van OBS Valkenbos. Ik heb al meerdere lessen samen met ouders mogen verzorgen.”

Samen uitdiepen

“Zo heb ik bijvoorbeeld samen met een vader (historicus) een les gegeven over de Romeinen. Nu weet ik daar zelf best veel van, maar je merkt dat je elkaar heel goed kunt aanvullen. Je staat samen sterker en je kunt het onderwerp steviger neerzetten. Het is mooi dat je samen zo’n onderwerp kunt uitdiepen. Dat is niet alleen voor mij heel erg leuk, je ziet met name het enthousiasme van de leerlingen. Daarbij vinden ze het ook gewoon heel erg interessant als er eens iemand anders voor de klas staat. Zeker als het ook nog jouw eigen vader of moeder is.”

Duidelijk en makkelijk

“De lessen zijn goed voorbereid en staan al helemaal uitgewerkt op papier. Dat is prettig, want het kost me niet veel extra tijd. Ieders rol is duidelijk, waarbij je natuurlijk altijd de vrijheid hebt om dit aan te passen.

Het vinden van enthousiaste ouders is niet heel lastig. Wij vragen bij de intake al naar de expertise van de ouders en leggen het concept uit. Veel ouders geven aan het leuk te vinden om op deze wijze betrokken te worden bij de school van hun kinderen.”

Wil je als school het contact met ouders intensiveren en creativiteit blijven stimuleren? Dan is  ‘Samen in de klas’ een goede optie om te bekijken. De lessen kunnen gemakkelijk worden uitgerold op een andere school.